dinsdag 29 september 2009

Een zeker isolement

“Ik denk dat dat een essentieel gegeven van het schrijverschap is. Ik kan me voorstellen dat er schrijvers zijn die zich alleen maar kunnen uiten op papier, waarbij het contact met mensen een voortdurend lijden is, een gevoel van: ik bén er niet, en ik héb het niet. Schrijvers verkeren minder makkelijk in de werkelijkheid van het leven, de voldoening die gevonden wordt in relaties is bijna minder echt dan wanneer je schrijft. Dat is een gevoel dat ik heel goed ken. Schrijven is niet zoiets als een fluitje waarop je even speelt en dat je dan weer weglegt. Het is zo verknoopt met je hele wezen, waarschijnlijk word je zo geboren. Je kunt er zo goed mogelijk iets proberen mee te doen, maar ervan loskomen, dat kan niet.” (Hella Haasse)

“Ik ben nu eenmaal van nature niet geschikt me ergens bij aan te sluiten. Ik kan dat niet. Een beweging moet om te kunnen bestaan grenzen trekken. Is gedwongen om te zeggen: alles wat hieroverheen gaat hoort er niet meer bij. Ik wil er juist graag buiten staan. Ik wil weten hoe het er aan de andere kant uitziet. Het voordeel van aan de zijkant staan is dat je beter kunt kijken. Wat het nadeel is? Een zeker isolement. Maar dat gevoel nergens helemaal thuis te zijn of bij te horen is voor mij al een vroeg gevoel. Ik ben gewend aan die opstelling. Nee, dat doet geen pijn, de fase waarin ik dat het ondervonden is allang voorbij. Het observeren is kennelijk mijn manier. Ik ben niet de enige die zo is. Het is een houding die ik herkend heb in veel van wat andere schrijvers hierover op papier hebben gezet. Het is bijna een soort basisgesteldheid van een schrijver.” (Hella Haasse)

donderdag 24 september 2009

Bitterzoet

“Ik was niet tegen het huwelijk. Ik geloofde er zelfs in. Het was noodzakelijk om in een vijandige wereld ten minste iemand te hebben die je beste vriend was, iemand tegenover wie je je ten allen tijd loyaal zou gedragen, één mens die altijd loyaal tegenover jou zou zijn. Maar al die andere verlangens dan, die het huwelijk na een tijdje nauwelijks meer bevredigt? De rusteloosheid, de begeerte, dat kloppen in je buik, dat kloppen in je kut, dat verlangen om dichtgestopt te worden, om genaaid te worden in al je openingen, het hunkeren naar droge champagne en natte zoenen, naar de geur van pioenrozen op een dakterras op een avond in juni, naar het licht aan het uiteinde van de pier in Gatsby… eigenlijk niet eens zozeer naar die dingen zelf – want je wist best dat de zeer rijken een stuk saaier waren dan jij en ik – maar naar wat die dingen oproepen. De sardonische, bitterzoete woorden van een Cole Porter-song, de trieste sentimentele teksten van Rodger en Hart, al die romantische onzin waarnaar je met de ene kant van je wezen snakte en waar je aan de andere kant vinnig mee spotte.” (Erica Jong)

donderdag 17 september 2009

Narcissus

Narcistische liefde.
Eerst hou je van die ander
om al het mooie van jezelf dat je herkent.
Daarna verafschuw je die ander
om al het lelijke van jezelf dat je herkent.
Daarna verafschuw je jezelf.

Of, in de woorden van Roy Stuart:

"All romantic love originates from a fundamental dissatisfaction. A discontentment. An attempt through another person to get rid of this inner feeling of distress. Carmen: A mere matter of projection? That we get to see our better selves in the filtered reflection of the person who loves us? Is it this which gives us this boost what we call love?... Roy: Yes. Basically that's another way of saying you're just improving your ego. Once there is a risk of this person disappearing, you become possessive and this is where jealousy starts. You don't want your ego boost to go away because the big danger is that your ego will fall back into the same miserable state it was in the first place." (interview door carmendevos)

dinsdag 15 september 2009

I can let it out, I still let you in

(soms schieten woorden tekort)

donderdag 10 september 2009

Nog één keertje

“Ik ben ervan overtuigd dat de seksuele liefde voor mannen bij vrouwen de werking van hersencellen tegengaat. Dat we voor de liefde dingen doen die niet goed voor ons zijn. Wij vrouwen zouden vaker moeten koersen op de piloot van het verstand. Het is wonderlijk hoe een deel van jezelf daar toch tegen kan rebelleren. Dat je duidelijk weet: dit is het beste voor mij, maar intussen wil je alles behalve dat ene. Dan zeuren we als kleine kinderen: “Hé, toe, nog één keertje.” Vreselijk toch dit getob. Ik vind de liefde een lastig gebied waarin ik mezelf niet handig vind opereren. Ik word daar wel eens miserabel van. Denk vaak kwaad: hé, waarom krijg ik die liefde nou toch nooit in de knuisten.”

(Renate Dorrestein)

vrijdag 4 september 2009

De Passie

"Reizigers hebben tenminste een keus. Wie het zeegat uitvaart weet dat het niet hetzelfde zal zijn als thuis. Ontdekkingsreizigers zijn voorbereid. Maar voor ons, die via de bloedvaten reizen, die toevallig aankomen in steden van het innerlijk, bestaat er geen voorbereiding. Wij die welbespraakt waren merken dat het leven een vreemde taal is. Ergens tussen het moeras en de bergen. Ergens tussen angst en seks. Ergens tussen God en de duivel ligt passie en de weg erheen is snel en de weg terug nog erger."

(uit ‘De Passie’ van Jeanette Winterson)