maandag 1 maart 2010

Magische woorden

'In andere tijden en culturen was het niet ongebruikelijk dat een man met twee vrouwen samenleefde, maar zo'n ménage à trois zou in de praktijk vermoedelijk matig bevallen, realiseerde verdachte zich, gezien de karakterverschillen tussen Rosa en Vicky, die al met al een onoverbrugbare drempel zouden opwerpen voor de lusthof van zijn harem. Het was allemaal niet leuk, maar wel waar.
Toch had hij niet het gevoel dat hij loog als hij binnen vierentwintig uur zowel tegen Rosa als tegen Victoria de vier magische woorden sprak.
'Voor jou is "ik hou van je" zeggen net zoiets geworden als een opmerking over het weer,' verweet Rosa hem later. En Victoria, die allergisch was voor liefdesbetuigingen, in welke vorm dan ook: 'Jij bent besmet met het I-love-you-virus.' Wat was de waarheid? Sinds het vertrek van zijn eerste vriendin waren zijn affecten twee verschillende richtingen uitgegaan, naar Italië en naar Amsterdam. In beide richtingen kon hij zich een toekomst voorstellen, maar wie niet kiest, wist de oude Dante al, blijft in de buitenste kringen van de hel te midden van de besluitelozen.
Aan de andere kant: in zijn essay over Don Giovanni beschrijft Kierkegaard de Casanovamens niet als een harteloze hartenbreker, maar als degene die op zoek is naar totale vervulling.
(...)
Het dubbelleven dat verdachte leidde was de logische uitkomst van zijn tegenstrijdige verlangens. Geen enkele vrouw was tot nu toe in staat geweest beide kanten van zijn persoon geleidelijk te begrijpen en te bevredigen, en het voelde als ontoelaatbaar verraad om zich vast aan een van beiden te verbinden. Hij had al gemerkt: zodra hij volledig met Rosa wilde samenzijn, lonkte de snelle wereld en de polygamie, en eenmaal daar aangekomen stelde de verpletterende leegte, het gebrek aan romantiek en de vijandige gevoelloosheid hem een tikkeltje teleur. Hij moest kiezen, als hij tenminste nog een keuze had.
Bovendien, dat kwam er ook nog eens bij, concurreerden beide meisjes met een derde partij waar hij absoluut trouw moest aan blijven: de periode van kloosterachtige afzondering die noodzakelijk waren voor zijn muziekstudie. Rosetta, Victoria en zijn fabrieks-Rösler vormden een driehoek en misschien, dacht hij op sommige momenten, was de fabrieks-Rösler wel de voornaamste van de drie.'

(uit 'Art. 285b' van Christiaan Weijts)